muziekvermogen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mu·ziek·ver·mo·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van muziek zn en vermogen zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | muziekvermogen | muziekvermogens |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het muziekvermogen o
- (elektronica) het maximale vermogen dat een versterker kortstondig kan afgeven
Gangbaarheid
- Het woord muziekvermogen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.