max

Niet te verwarren met: max., Max

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  max    (hulp, bestand)
• IPA: /mɑks/

Woordafbreking

• max

Woordherkomst en -opbouw

• van Engels 'the max'

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	max	-
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de max m

1. (jongerentaal) hoogtepunt, iets wat niet beter kan

   • Het is echt de max om Joeri terug bij ons te hebben. 

Gangbaarheid

• Het woord max staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Engels

Uitspraak

• Geluid:  max (VS)    (hulp, bestand)
• IPA: /mæks/

Woordafbreking

• max

Woordherkomst en -opbouw

• (verkorting) van maximum'

enkelvoud	meervoud
max	maxes

Zelfstandig naamwoord

max

1. maximum
2. uiterste

Uitdrukkingen en gezegden

• live life to the max

alles uit het leven halen

Frans

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Woordherkomst en -opbouw

• (verkorting) van maximum

Zelfstandig naamwoord

max m

1. (spreektaal) enorme hoeveelheid

   «J’ai gagné un max de blé avec mon taf de cet été.»

   Ik heb een hele berg poen verdiend met mijn baan van deze zomer.