kook droog
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kook droog (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kook droog
Woordherkomst en -opbouw
uit kook (werkwoord) en droog, hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
droogkoken |
kook (...) droog
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van droogkoken
- Ik kook droog.
- gebiedende wijs van droogkoken
- Kook droog!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van droogkoken
- Kook je droog?
Gangbaarheid
- Het woord kook droog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.