inproppen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·prop·pen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van in bw en proppen ww
Werkwoord
inproppen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
inproppen |
propte in |
ingepropt |
zwak -t | volledig |
- met (te) veel kracht iets of iemand ergens instoppen
- De bus waar 17 mensen ingepropt waren, was in het ravijn gestort.
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord inproppen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "inproppen" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 94 %
- Prevalentie Vlaanderen 90 %