informaticaboek

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  informaticaboek    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• in·for·ma·ti·ca·boek

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  informatica  en  boek 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	informaticaboek	informaticaboeken
verkleinwoord	informaticaboekje	informaticaboekjes

Zelfstandig naamwoord

het informaticaboek o

1. (onderwijs) een schoolboek waarin geleerd wordt over computers en software.

Verwante begrippen

• aardrijkskundeboek, biologieboek, economieboek, geschiedenisboek, godsdienstboek, handvaardigheidboek, muziekboek, natuurkundeboek, scheikundeboek, techniekboek, tekenboek, wiskundeboek
• informaticales, informaticaleraar, informaticalerares, informaticalokaal, informaticaonderwijs

Vertalingen

    1.   

Spaans: libro de informática (es) m

Gangbaarheid

• Het woord 'informaticaboek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.