hondenbed

Nederlands

hondenbed

Uitspraak

• Geluid:  hondenbed    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• hon·den·bed

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  hond zn  en  bed zn  met het invoegsel -en- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	hondenbed	hondenbedden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het hondenbed o

1. (meubel) een mand die dient als slaap- en rustplaats van een hond

Synoniemen

• hondenmand

Gangbaarheid

• Het woord 'hondenbed' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hondenbed" herkend door:

81 %	van de Nederlanders;
84 %	van de Vlamingen.