grab

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  grab    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• grab

Werkwoord

vervoeging van
grabben

grab

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grabben
   

   • Ik grab. 

2. gebiedende wijs van grabben
   

   • Grab! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grabben
   

   • Grab je? 

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Engels

Uitspraak

•  Audio (US)    (hulp, bestand)

Werkwoord

vervoeging
onbepaalde wijs	to  grab
he/she/it	grabs
verleden tijd	grabbed
voltooid deelwoord	grabbed
onvoltooid deelwoord	grabbing
gebiedende wijs	grab

grab

1. overgankelijk beetpakken, grijpen, pakken, vastgrijpen, vastpakken

   «Grab your coat!»

   Pak je jas!

   «She grabbed him by his shoulders.»

   Ze greep hem bij zijn schouders.

Synoniemen

• grasp [2], seize