global

Engels

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˈɡloʊbəl/

Woordafbreking

glob·al

Woordherkomst en -opbouw

• van Frans global

Bijvoeglijk naamwoord

global

1. bolvorming
2. betrekking hebben op een bol
3. wereldwijd, mondiaal
4. op het geheel van iets betrekking hebbend
5. (informatica) vanuit alle geledingen van een programma direct aan te roepen

Antoniemen

• [3] national, regional
• [4] partial
• [3], [5] local

enkelvoud	meervoud
global	globals

Zelfstandig naamwoord

global

1. (informatica) vanuit alle geledingen van een programma direct aanroepbaar onderdeel

Frans

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /glɔ.bal/

Woordafbreking

• glo·bal

Woordherkomst en -opbouw

• van globe "bol"

	enkelvoud	meervoud
mannelijk	global	globaux
vrouwelijk	globale	globales

Bijvoeglijk naamwoord

global m

1. op het geheel van iets betrekking hebbend

Overerving en ontlening

• Engels: global