geweervuur

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  geweervuur    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ge·weer·vuur

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  geweer  en  vuur 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	geweervuur	geweervuren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het geweervuur o

1. (militair) het vuren met geweren

Hyponiemen

• machinegeweervuur

Vertalingen

    1.   

Duits: Gewehrfeuer (de) o Engels: rifle fire (en)

Frans: fusillade (fr) v Spaans: fuego de fusilería (es) m

Gangbaarheid

• Het woord geweervuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.