geluksdag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·luks·dag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van geluk en dag met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geluksdag | geluksdagen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de geluksdag m
- dag waarop men geluk heeft
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord geluksdag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "geluksdag" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be