gebouwde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·bouw·de
Werkwoord
vervoeging van: | bouwen… |
gebouwde
Bijvoeglijk naamwoord
gebouwde
- verbogen vorm van de stellende trap van gebouwd
vervoeging van: | bouwen… |
verbogen vorm: | gebouwdee |
gebouwde
gebouwde