etikettering
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- eti·ket·te·ring
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van Naamwoord van handeling etiketteren met het achtervoegsel -ing [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | etikettering | etiketteringen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de etikettering v
- het voorzien van een product met productinformatie
- ▸ De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit komt vanmiddag met de uitslag van het onderzoek naar paardenvlees in gerechten, waar dat niet op staat. Verkeerde etikettering is fraude.[2]
- ▸ De roep om verplichte etikettering volgt op een voorstel van de Europese Commissie om de regelgeving van Nieuwe Genomische Technieken (NGT) te versoepelen. Met nieuwe regels zou het makkelijker worden om landbouwgewassen genetisch te bewerken, bijvoorbeeld met de nieuwe techniek CRISPR-Cas. Daarmee is het relatief eenvoudig om kleine aanpassingen te doen aan erfelijk materiaal, om zo gewassen te telen die beter tegen droogte of ziektes kunnen.[3]
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord etikettering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “NVWA komt met uitslag onderzoek paardenvlees” (Maandag 25 februari 2013,), NOS
- ↑ Weblink bron “Biosector: verplichte etikettering voor voedsel met gentechnologie” (3 oktober 2023 08:46), Reformatorisch Dagblad