engelwortel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: engelwortel (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- en·gel·wor·tel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van engel en wortel zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | engelwortel | engelwortelen engelwortels |
verkleinwoord | engelworteltje | engelworteltjes |
Zelfstandig naamwoord
de engelwortel m
- (bloemplanten) een geslacht Angelica van kruidachtige, overblijvende kruiden uit de schermbloemenfamilie (Umbelliferae of Apiaceae). De planten komen voor in de gematigde en subpolaire gebieden van het noordelijk halfrond. De soorten worden doorgaans 1-2 m hoog. De bladeren zijn dubbelgeveerd en de bloemen wit of witgroen
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord engelwortel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] engelwortel in het Nederlands Soortenregister N
- [1] engelwortel op Wikidata