bunnetje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bun·ne·tje
Zelfstandig naamwoord
het bunnetje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bun
Gangbaarheid
- Het woord bunnetje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.