bouwvergunning

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bouwvergunning    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• bouw·ver·gun·ning

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bouw  en  vergunning 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bouwvergunning	bouwvergunningen
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de bouwvergunning v

1. vergunning, ingevolge de woningwet nodig voor het bouwen of verbouwen van een gebouw.

Vertalingen

    1.   

Duits: Baugenehmigung (de) v, Baubewilligung (de) v Engels: construction permit (en), building permit (en)

Frans: permis de construire (fr) m Spaans: licencia de construcción (es) v, licencia de obra (es) v, licencia urbanística (es) v, permiso de construcción (es) m

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord bouwvergunning staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.