botmuil

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  botmuil    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• bot·muil

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bot zn  en  muil zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	botmuil	botmuilen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de botmuil m

1. dom persoon

Synoniemen

• domoor, botterik, lomperd

Gangbaarheid

• Het woord botmuil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "botmuil" herkend door:

23 %	van de Nederlanders;
26 %	van de Vlamingen.