boerenjasmijn
Nederlands
![](http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/thumb/9/97/Jasminbl%C3%BCten2.jpg/220px-Jasminbl%C3%BCten2.jpg)
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- boe·ren·jas·mijn
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van boer en jasmijn zn met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boerenjasmijn | boerenjasmijnen |
verkleinwoord | boerenjasmijntje | boerenjasmijntjes |
Zelfstandig naamwoord
- (bloemplanten) een geslacht Philadelphus
van tweezaadlobbige planten
uit de hortensiafamilie (Hydrangeaceae
). De wetenschappelijke naam van het geslacht werd in 1753 gepubliceerd door Carl Linnaeus
in Species plantarum
. Vertegenwoordigers van het geslacht komen van nature voor in Centraal-Europa, gematigd Azië, en in Noord- en Midden-Amerika
Hyperoniemen
- hortensiafamilie, zaadplanten, asteriden, 'nieuwe' tweezaadlobbigen, bedektzadigen, landplanten, planten
Gangbaarheid
- Het woord 'boerenjasmijn' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] boerenjasmijn in het Nederlands Soortenregister N
- [1] boerenjasmijn op Wikidata