bemoeial

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bemoeial    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• be·moei·al

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bemoei ww  en  al 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bemoeial	bemoeials, bemoeiallen
verkleinwoord	bemoeialletje	bemoeialletjes

Zelfstandig naamwoord

de bemoeial m

1. iemand die zich bemoeit met zaken van anderen (die hem niet aangaan)

Vertalingen

    1. iemand die zich bemoeit met zaken van anderen   

Afrikaans: bemoeial (af), bemoeisieke (af) Duits: Wichtigtuer (de) m, Einer der sich mischt mit Anderen (de) Engels: busybody (en), Someone who interferes with others (en) Fins: touhuaja (fi) Frans: touche-à-tout (fr), Quelqu'un qui se mêle d'autres (fr) Hongaars: fontoskodó (hu) Iers: socadán (ga) m, gliúcálaí (ga) m

Italiaans: intrigante (it) v, ficcanaso (it) v Macedonisch: душкало (mk) o Russisch: проныра (ru) (pronýra) m Spaans: entremetido (es) m, metiche (es) m Thai: เจ้ากี้เจ้าการ (th) (jâo-gêe-jâo-gaan) Tsjechisch: všetečka (cs) v Vietnamees: người (vi), bao biện (vi)

Gangbaarheid

• Het woord bemoeial staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bemoeial" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
93 %	van de Vlamingen.