babyhuid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ba·by·huid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van baby zn en huid zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | babyhuid | (babyhuiden) |
verkleinwoord | babyhuidje | babyhuidjes |
Zelfstandig naamwoord
- (anatomie) huid van heel jonge kinderen
Opmerkingen
- Het woord is alleen gangbaar om de huid als lichaamsdeel te beschrijven. Hoewel 'huid' ook de betekenis 'afgestroopt vel' kan hebben, is dat in deze samenstelling ongebruikelijk. Daardoor komt de meervoudsvorm nauwelijks voor. Het verkleinwoord drukt meer een gevoel van vertedering uit dan een oordeel over de omvang. De meervoudsvorm van dit verkleinwoord is daardoor gebruikelijker om uit te drukken dat iets over de huid van meerdere baby's wordt gezegd.
Gangbaarheid
- Het woord 'babyhuid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "babyhuid" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Heslinga-van Dijk, W."Minder allergieklachten door gebruik nieuw wasmiddel" in: Nederlands Dagblad jrg. 49 nr. 12325 (15 februari 1993); p. 6 kol. 4; geraadpleegd 2016-12-20
- ↑ Palmolive zeep"Bederf Uw teint niet" in: Haagsche Courant nr. 12428 (22 augustus1923); p. 7 (2e blad p. 3); (oudst gevonden vermelding, in een advertentie) geraadpleegd 2016-12-20
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Anatomie in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %