baarmoederhals
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: baarmoederhals (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbarmudərˌhɑls / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- baar·moe·der·hals
Woordherkomst en -opbouw
- Samensteling van baarmoeder en hals.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | baarmoederhals | baarmoederhalzen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de baarmoederhals m
- (biologie) smal en buisvormig gedeelte van de baarmoeder dat aan een kant in de vagina eindigt en aan de andere kant overgaat in het baarmoederlichaam
- Het uitstrijkje van de baarmoederhals.
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
onderlichaam van een vrouw (in doorsnede)
Vertalingen
1. smal en buisvormig gedeelte van de baarmoeder dat aan een kant in de vagina eindigt en aan de andere kant overgaat in het baarmoederlichaam
Gangbaarheid
- Het woord baarmoederhals staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.