apologie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- apo·lo·gie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans of Latijn, in de betekenis van ‘verdediging’ voor het eerst aangetroffen in 1567 [1]
- met het voorvoegsel apo- met het achtervoegsel -logie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | apologie | apologieën |
verkleinwoord | apologietje | apologietjes |
Zelfstandig naamwoord
de apologie v
- een mondelinge of schriftelijke verdediging van een persoon, zaak of leer tegen onrechtvaardige aanvallen
- het verheerlijken, goedpraten, bagatelliseren of ontkennen van ernstige misdrijven zoals volkerenmoord of terreurdaden
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. een mondelinge of schriftelijke verdediging van een persoon, zaak of leer tegen onrechtvaardige aanvallen
Gangbaarheid
- Het woord apologie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "apologie" herkend door:
75 % | van de Nederlanders; |
70 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "apologie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ apologie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be