albe

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  albe    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• al·be

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘wit miskleed’ voor het eerst aangetroffen in 1240

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	albe	alben
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de albe v / m

1. (religie) lang, wit misgewaad van katholieke priesters, diakens en misdienaars

Vertalingen

    1.   

Engels: alb (en)

Spaans: alba (es) v

Gangbaarheid

• Het woord albe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "albe" herkend door:

30 %	van de Nederlanders;
41 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.