aanvalsdaad
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanvalsdaad (hulp, bestand)
Woordafbreking
- aan·vals·daad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanvalsdaad | aanvalsdaden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- de keer dat men aanvalt
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord aanvalsdaad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.