aalbessengeleitje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aalbessengeleitje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈalbɛsə(n)ʒəˌlɛice / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- aal·bes·sen·ge·lei·tje
Zelfstandig naamwoord
het aalbessengeleitje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aalbessengelei
Gangbaarheid
- Het woord 'aalbessengeleitje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.