-voudig

Nederlands

Huidig bestand
4

Uitspraak

• Geluid:  -voudig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• -vou·dig

Achtervoegsel

-voudig

1. ter vorming van bijvoeglijk naamwoorden afgeleid van een zelfstandig naamwoord: (in hoge mate) de in dat zelfstandig naamwoord genoemde eigenschap hebbend; o.a. in zorgvuldig
2. ter vorming van bijvoeglijk naamwoorden uit telwoorden: het door het telwoord genoemde aantal hebbend; o.a. in veelvoudig etc.

Synoniemen

• -vuldig

Verwante begrippen

• -voud

Hyponiemen

   

achtvoudig dertigvoudig drievoudig dubbelvoudig duizendvoudig eenvoudig enkelvoudig honderdvoudig meervoudig menigvoudig negenvoudig tachtigvoudig tienvoudig twaalfvoudig tweevoudig twintigvoudig veelvoudig viervoudig vijfvoudig zesvoudig zevenvoudig

Gangbaarheid

• Het woord '-voudig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.