veeteelt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vee·teelt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord veeteelt -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de veeteeltv / m

  1. het onderhouden en fokken van vee
    • Hij heeft al drie jaar een bedrijf dat zich met veeteelt bezighoudt. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be