zwom droog
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwom droog (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zwom droog
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
droogzwemmen |
zwom droog
- enkelvoud verleden tijd van droogzwemmen
- Ik zwom droog.
- Jij zwom droog.
- Hij, zij, het zwom droog.
- Ik zwom droog.
Gangbaarheid
- Het woord zwom droog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.