zwijgrecht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwijgrecht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zwijg·recht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zwijg ww en recht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwijgrecht | zwijgrechten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het zwijgrecht o
- (juridisch) het recht om geen verklaring af te hoeven leggen, m.n. van een verdachte
- Hij beriep zich op het zwijgrecht.
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord zwijgrecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "zwijgrecht" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be