zwemwereld

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwem·we·reld
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zwemwereld
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de zwemwereldv / m

  1. (sport) de groep van mensen die betrokken is bij de zwemsport
     ,,Gelukkig was mijn familie er voor me en mijn vriend. Iedereen leeft mee en ook uit de zwemwereld kreeg ik veel positieve steun. Dat helpt zeker", zegt Dekker.[1]
     Ben je nog actief in de zwemwereld? ,,Ik ben lid van de atletencommissie van NOS*NSF, die de belangen van atleten behartigt. Daar houd ik me bezig met het dopingbeleid. Ik vind het daarnaast leuk om alle sportwedstrijden te bezoeken en ervan te genieten.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Inge Dekker denkt weer aan Rio na geslaagde operatie” (11-01-2017), Tubantia
  2. Bronlink Weblink bron “Schreuder kijkt tevreden terug: 'Ik heb alles mogen meemaken'” (24-08-2017), Tubantia