zwemtijd

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwem·tijd
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zwemtijd zwemtijden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de zwemtijdm

  1. de tijd die men erover doet om een bepaalde afstand te zwemmen
     Deckers kwam uit het water met een tijd van 58:28. Dat was minder dan het uur waarop ze vooraf hoopte en haar snelste zwemtijd ooit in Hawaï.[2]
  2. de periode dat men kan en mag zwemmen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron “Tine Deckers (21e) is tevreden over haar Ironman Hawaï: “De rest was gewoon sneller”” (14/10/2018), De Standaard