zwempoot

Nederlands

eend met oranje zwempoten

Uitspraak

• Geluid:  zwempoot    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• zwem·poot

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  zwemmen ww  en  poot zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	zwempoot	zwempoten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de zwempoot m

1. poot met zwemvliezen tussen de tenen zodat een watervogel goed kan zwemmen

Vertalingen

    1. poot met zwemvliezen tussen de tenen zodat een watervogel goed kan zwemmen   

Engels: pleopod (en)

Gangbaarheid

• Het woord zwempoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zwempoot" herkend door:

54 %	van de Nederlanders;
66 %	van de Vlamingen.