zwemkrab
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zwem·krab
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zwemmen ww en krab zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwemkrab | zwemkrabben |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (kreeftachtigen) Liocarcinus holsatus een van de meest algemene krabben van de Belgisch-Nederlandse kustgebied
- ▸ Amerikaanse zwaardschedes, nonnetjes, witte dunschalen, fluwelen zeemuizen, zaagjes, muiltjes, slangsterren, zwemkrabben en platvissen. Mensen die graag het strand afschuimen op zoek naar iets bijzonders, konden na de zomerstorm van eind juli hun hart ophalen: vele duizenden, mogelijk miljoenen zeedieren spoelden aan op de Nederlandse stranden. Een „rijkgevulde schatkamer”, meldt Natuurbericht.nl zondag.[2]
- ▸ Andere diersoorten houden juist van warmer water en nemen dus in aantal toe. Zo komen de zeetong, de strandkrab en de zwemkrab tegenwoordig vaker voor.[3]
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord zwemkrab staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Storm zorgt voor 'schatkamer' op strand” (16 aug. 2015), De Telegraaf
- ↑ Weblink bron “Schol en kabeljauw verlaten warme Waddenzee” (05 dec. 2016), De Telegraaf