zweefvliegt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zweefvliegt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zweef·vliegt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
zweefvliegen |
zweefvliegt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zweefvliegen
- Jij zweefvliegt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zweefvliegen
- Hij zweefvliegt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zweefvliegen
- Zweefvliegt!