zweef aan

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zweef aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanzweven

zweef (...) aan

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzweven
    • Ik zweef aan. 
  2. gebiedende wijs van aanzweven
    • Zweef aan! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzweven
    • Zweef je aan? 

Gangbaarheid