zwaluwstaart

Zwaluwstaart [3]

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  zwaluwstaart    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈzwalywˌstart / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• zwa·luw·staart

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  zwaluw  en  staart 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	zwaluwstaart	zwaluwstaarten
verkleinwoord	zwaluwstaartje	zwaluwstaartjes

Zelfstandig naamwoord

de zwaluwstaart m

1. (zoötomie) een diepgevorkte relatief lange vogelstaart zoals van een zwaluw

   • Deze vliegenvanger heeft een zwaluwstaart. 

2. de lange panden van een pandjesjas

   • De promovendus deed wat onhandig met zijn zwaluwstaart. 

3. (techniek) een verbinding tussen twee stukken hout of metaal bestaande uit uitstekende tapse delen die precies in elkaar passen

   • Een kenmerk van een zwaluwstaart is het vermogen een trekkracht op te vangen. 

4. de puntige uiteinden van een vlag
5. (medisch) pleister in de vorm van een zwaluwstaart om wondranden naar elkaar toe te brengen

Afgeleide begrippen

• zwaluwstaarten, zwaluwstaartverbinding, zwaluwstaartvis, zwaluwstaartvormig, zwaluwstaartwouw

Werkwoord

vervoeging van
zwaluwstaarten

zwaluwstaart

1. enkelvoud tegenwoordige tijd van zwaluwstaarten
2. gebiedende wijs van zwaluwstaarten

Gangbaarheid

• Het woord zwaluwstaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zwaluwstaart" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.