zwaardvecht

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwaard·vecht

Werkwoord

vervoeging van
zwaardvechten

zwaardvecht

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwaardvechten
    • Ik zwaardvecht. 
  2. gebiedende wijs van zwaardvechten
    • Zwaardvecht! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwaardvechten
    • Zwaardvecht je? 
  4. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwaardvechten
    • Nu is het tijd om hun kunsten met stokken aan anderen te tonen, en te laten zien wie de sterkste is (of het beste zwaardvecht).  [1]
    • Goede God... men heeft drie-honderd jaar akademie gehouden, om de proporties van den Apollo en den Achilles en den Herkules en de Venus te leeren kennen, om te leeren, hoe men zich draait als men bikkelt, en hoe men zich buigt als men schijfwerpt, en hoe men zich rekt als men zwaardvecht - en men geeft geen half jaar aan de beoefening van christelijke typen!  [2]

Gangbaarheid

Verwijzingen