zondenloos
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zondenloos (hulp, bestand)
- IPA: /ˈzɔndə(n)los/
Woordafbreking
- zon·den·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | zondenloos | zondenlozer | zondenloost |
verbogen | zondenloze | zondenlozere | zondenlooste |
partitief | zondenloos | zondenlozers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
zondenloos
- verouderde spelling of vorm van zondeloos tot 2006
- Als toch het zondenloos paradijs aan den vijand Gods verloren ging, hoe zal het tweede, waarin de zonde begrepen is, behouden blijven! [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'zondenloos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Anema, S.De Aetiopische. (1953) Aalten, De Graafschap; p. 257; geraadpleegd 2016-04-15
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -loos in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Oude spelling van het Nederlands van voor 2006
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal