zomerkamp
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zo·mer·kamp
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zomer en kamp [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zomerkamp | zomerkampen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het zomerkamp o
- vakantiekamp waar kinderen in de zomervakantie verblijven
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord zomerkamp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zomerkamp" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be