zoöspermie
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zoöspermie (hulp, bestand)
- IPA: /ˌzowospɛrˈmi/
Woordafbreking
- zoö·sper·mie
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van Oudgrieks ζῷον (zóion) "dier, levend wezen" en σπέρμα (spérma) "zaad" met het achtervoegsel -ie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zoöspermie | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de zoöspermie v
- (medisch) aanwezigheid van levende zaadcellen in het sperma
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'zoöspermie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.