zijportaal

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

zijportaal met hekwerk
Uitspraak
Woordafbreking
  • zij·por·taal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zijportaal zijportalen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het zijportaalo

  1. nis met een zijdeur
     Gekleed in de traditionele ceremoniële gewaden en gepluimde baret liepen beide staatshoofden mee in de traditionele optocht van de ridders van het kasteel naar de kapel. Hun echtgenotes Máxima (48) en Letizia (46) keken bij het zijportaal toe, samen met leden van de Britse koninklijke familie die geen lid zijn van de Orde.[1]
     In Highbury-Islington, de Londense wijk waar hij al bijna dertig jaar woont, wijst hij op architectonische parels die verscholen liggen achter nieuwbouw of in een intiem steegje. Zoals die unieke eeuwenoude herberg met zijportaal, net breed genoeg voor een rijtuig en zo geconstrueerd dat het deurtje van de koets precies open ging tegenover de ingang van de kroeg.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Nederlandse koning is ridder in Orde van de Kousenband” (17/06/2019), De Standaard
  2. Bronlink Weblink bron
    Marja Kooreman
    “Met een beduimeld fotoboek naar Abbey Road” (10 april 1999), de Volkskrant