zijpelen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zij·pe·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
zijpelen
zijpelde
gezijpeld
zwak -d volledig

Werkwoord

zijpelen

  1. ergatief een proces waarbij een vloeistof zich door de kieren en poriën van een vaste massa heen begeeft
    • Er is veel water door de muur gezijpeld. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

26 % van de Nederlanders;
37 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be