zevenhonderdnegenenveertig

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

0 7 4 9
zevenhonderdnegenenveertig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • ze·ven·hon·derd·ne·gen·en·veer·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

zevenhonderdnegenenveertig

  1. "749", het getal tussen zevenhonderdachtenveertig en zevenhonderdvijftig, zevenhonderd plus negenenveertig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen zevenhonderdnegenenveertig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer zevenhonderdnegenenveertig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "zevenhonderdnegenenveertig" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord zevenhonderdnegenenveertig zevenhonderdnegenenveertigs
verkleinwoord zevenhonderdnegenenveertigje zevenhonderdnegenenveertigjes

Zelfstandig naamwoord

de zevenhonderdnegenenveertigv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 749 is aangeduid
    • Als jij zevenhonderdnegenenveertig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

zevenhonderdnegenenveertig mv

  1. groep van 749 eenheden
    • Die zevenhonderdnegenenveertig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid