Naar inhoud springen

zette opzij

Uit WikiWoordenboek
  • zet·te op·zij
vervoeging van
opzijzetten

zette opzij

  1. enkelvoud verleden tijd van opzijzetten
    • Ik zette opzij. 
    • Jij zette opzij. 
    • Hij, zij, het zette opzij. 
  2. aanvoegende wijs van opzijzetten