zeppeliner

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • zep·pe·li·ner
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van en genoemd naar de grote pionier van het luchtschip, graaf Ferdinand von Zeppelin, met het achtervoegsel -er.

Zelfstandig naamwoord

zeppeliner m

  1. (verkeer) luchtschip, zeppelin
    «Når zeppelineren nærmet seg landingsplassen, slapp mannskapet langsomt ut hydrogen eller helium.»
    Wanneer de zeppelin tot de landing overging, liet de bemanning langzaam waterstof of helium af.
Verbuiging
m enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   zeppeliner     zeppelineren     zeppelinere     zeppelinerne  
genitief   zeppeliners     zeppelinerens     zeppelineres     zeppelinernes  
Synoniemen