zelfverloochening

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zelf·ver·loo·che·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zelfverloochening zelfverloocheningen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de zelfverloocheningv

  1. de opoffering van de eigenbelangen ten gunste van een ander
     Ze houdt van literatuur, maar is geen missionaris, geen onzelfzuchtige dienaar van het geschreven woord, zoals haar vader. Zoveel eerbied en zelfverloochening kan ze niet opbrengen.[3]
     Culturele verrijking is een groot goed en zeer de moeite waard om nagestreefd te worden, maar door angst gedreven zelfverloochening past in geen enkele cultuur en leidt nergens ter wereld tot respect. Prettige Kerstdagen![4]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. zelfverloochening op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Bronlink Weblink bron
    FIDES CIBLAK
    “Vat krijgen op woorden” (09 nov. 2012), De Telegraaf
  4. Bronlink Weblink bron “’Lafheid leidt niet tot respect’” (23 dec. 2016), De Telegraaf