zelfverkozen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  zelfverkozen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• zelf·ver·ko·zen

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  zelf zn  en  verkozen bn 

	stellend
onverbogen	zelfverkozen
verbogen
partitief	zelfverkozens

Bijvoeglijk naamwoord

zelfverkozen

1. van iets dat men het bewust en vrijwillig doet

   ▸ Na tabak is drank de grootste zelfverkozen killer onder Fransen. Drankgebruik in Frankrijk neemt overigens al jaren af. In bedrijven als bijvoorbeeld Danone, Renault, PSA en Michelin geldt tegenwoordig een Amerikaanse/Angelsaksische cultuur.

   ▸ Kamphuis verdween deze week exact een jaar geleden tijdens een trip in Noorwegen. Een grote zoektocht kwam op gang, waarbij ook hackersvrienden en de Nederlandse politie betrokken waren. Intimi hielden sterk rekening met een zelfverkozen verdwijning.

Gangbaarheid

• Het woord zelfverkozen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.