zeilvaartuig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zeil·vaar·tuig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zeil ww en vaartuig
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeilvaartuig | zeilvaartuigen |
verkleinwoord | zeilvaartuigje | zeilvaartuigjes |
Zelfstandig naamwoord
het zeilvaartuig o
- (scheepvaart) een zeilboot of zeilschip
- Het zeilvaartuig werd niet meer teruggevonden.
Hyponiemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. een zeilboot of zeilschip
Gangbaarheid
- Het woord zeilvaartuig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.