zeeforel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zee·fo·rel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zeeforel zeeforellen
verkleinwoord zeeforelletje zeeforelletjes

Zelfstandig naamwoord

de zeeforelv / m

  1. (visserij) (voeding) (straalvinnigen) vorm van de forel, Salmo trutta op Wikispecies (var. trutta), die vanuit de zee de rivieren optrekt om te paaien
    • De zeeforel en de beekforel horen tot dezelfde soort, maar voeren een ander leven. 
Hyperoniemen

Gangbaarheid

91 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be