xerografisch
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: xerografisch (hulp, bestand)
- IPA: / kseroˈxrafis / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- xe·ro·gra·fisch
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van xerografie met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | xerografisch | ||
verbogen | xerografische |
Bijvoeglijk naamwoord
xerografisch [1]
- betrekking hebbend op de xerografie
- De derde, toepassingsgerichte lijn levert op haar beurt ook weer nieuwe, fundamenteel wetenschappelijke inzichten. Zo heeft de xerografische industrie veel bijgedragen tot de ontwikkeling van de materiaalkunde. [2]
- Magnetografisch printen heeft veel weg van het principe waarmee laserprinters afdrukken. Die werken met een digitale vorm van het xerografische procédé dat de New Yorkse octrooibezorger Chester Carlson al in 1938 uitvond. Carlson gaf een halfgeleidende laag op een metalen plaat in het donker een elektrostatische lading en projecteerde er vervolgens een beeld op. Op de belichte plaatsen werd de halfgeleidende laag geleidend waardoor de lading naar de metalen plaat afvloeide. Het overblijvende ladingsbeeld kon Carlson zichtbaar maken door er droog inktpoeder op te strooien dat door statische aantrekking bleef plakken. Daarna fixeerde hij de poedervormige inkt onder toediening van warmte op papier. (xerografie komt van het Griekse xeros is droog, en graphein is schrijven). [3]
Vertalingen
1. betrekking hebbend op de xerografie
Gangbaarheid
- Het woord 'xerografisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Ton van Raan 27 oktober 1994 UNTERGANG DES ABENDLANDES
- ↑ NRC Rene Raaijmakers 11 mei 1995 Nieuwe magnetografische printers gaan nog sneller; Zes A4'tjes per seconde
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -isch in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal