wratzwijn

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wrat·zwijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wratzwijn wratzwijnen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het wratzwijno

  1. (evenhoevigen) benaming voor Afrikaanse wilde varkens uit het geslacht Phacochoerus op Wikispecies
     Nauwelijks zitten we neer of Ngoboka heeft weeral prijs:
    - Een kudde wratzwijnen, achter de lissen.
    [2]
  2. (evenhoevigen) benaming voor sommige Aziatische wilde zwijnen uit het geslacht Sus op Wikispecies
      De tweede soort, Sus verrucosus, die minder algemeen, maar toch verre van zeldzaam is, is dadelijk te herkennen aan de drie paar wratachtige uitwassen aan den kop, waaraan zij den Hollandschen naam Wratzwijn en den Soendaneeschen naam bagong gagadoengan heeft te danken.[3]
  3. (scheldwoord) verachtelijk, waardeloos persoon
     De rest van het platform waarop hij zich in wankel evenwicht hield werd in beslag genomen door een rood en ranzig wratzwijn, met afstaande oorlappen en een twee vingers hoog voorhoofd, dat een als een furie te keer gaand, in een verschoten purperen mantel gehuld vrouwspersoon omklemde en de botten leek te willen breken.[4]
Schrijfwijzen
Vertalingen
   1. zie: wrattenzwijn   

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 27 november 2022 Weblink bron Geef mij maar een zebra in: De Gids., jrg. 122 deel 1 nr. 3 (1959), P.N. van Kampen & zoon, Amsterdam, p. 176
  3. Bronlink geraadpleegd op 27 november 2022 Weblink bron
    Koningsberger, Jacob Christiaan
    “Java, zoölogisch en biologisch” (1915), Departement van landbouw, nijverheid en handel, Buitenzorg, p. 424
  4. Bronlink geraadpleegd op 27 november 2022 Weblink bron “Ranonkel of de geschiedenis van een verzelving.”, 2e druk (1970), Van Gennep, Amsterdam, p. 317